Isla Ometepe


Dinsdag  15 mei 2018

"Om 5.00 uur in de ochtend  klopte Alberto op onze deur.  Een kleine, blije, maar niet bepaald sportieve vent. Althans dat was wat mijn vooroordeel mij deed geloven. Als hij dagelijks omhoog loopt, dan moet het mij voor één keer toch ook wel lukken?!

Nog een snelle check of onze schoenen goed genoeg waren en we genoeg water in onze rugzakken droegen en we konden vertrekken. Na een kleine tien minuten begon mijn ademhaling me al een beetje in de steek te laten. De benauwde, warme lucht maakte ademen moeilijk. Alle Toña's van de laatste dagen had ik er binnen die tien minuten al uitgezweet. Blijven lachen en blijven lopen. Ik maakte opgewonden filmpjes van de stenen waarover we liepen en hoe steil de helling wel niet was. Naïeve ik. Achteraf gezien waren die tien minuten vergelijkbaar met de loopbanden op Schiphol. Mind your step. 

Het was een pittige tocht. Alberto bleef maar lopen en zolang wij niet vroegen om pauze, kregen wij die ook niet. Van droge vlaktes veranderde de natuur steeds iets meer in een  dichtbeboste jungle. Alberto leerde ons wat Spaanse woorden, om ons vervolgens uit te lachen wanneer wij ze uitspraken. Het was een leuke gids, die moeite deed om ons de natuur en de diersoorten te laten zien. Ik ben nog nooit zo blij geweest met insecten als tijdens die tocht omhoog. Ieder bijzonder mooi, eng of groot dier was namelijk een reden voor een korte break. Hij vertelde dan alle ins en outs over het diertje en wij luisterden aandachtig. Wanneer ik het gevoel had nog niet helemaal op adem te zijn, stelde ik hem een interessante vraag. Die man moet wel gedacht hebben dat ik reuze nieuwsgierig was. Al ben ik bang dat mijn rode hoofd en zweetdruppels mij verraadde.. 

Na 1,5 uur omhoog lopen kwamen we uit bij het eerste look-out-point, mét bankje. Die was voor mij! Het was nog vroeg in de ochtend en de bewolking zorgde ervoor dat we niet veel anders zagen dan dikke grijze wolken. Niet dat ik überhaupt in staat was van het uitzicht te genieten.  Mijn ogen openhouden door alle zweetdruppels was al lastig zat. 

Ik durfde het niet te vragen, maar mijn gevoel zei dat we toch al wel redelijk op de goede weg moesten zijn. Misschien op de helft, zei ik nog tegen Sander.  Achteraf bleek dat we nog geen kwart van de tocht erop hadden zitten en dat het eerste stuk niet bijzonder steil of zwaar was. 

Je kunt wel raden hoe het andere deel dan was. Zoals vaak kloppen vooroordelen niet en ook dit keer had ik het totaal bij het verkeerde eind. Alberto moest in zijn vorige leven wel een berggeit zijn geweest. Dat kon niet anders. Bijna rennend, ging hij over de stenen omhoog. Sander kon hem wel redelijk bijhouden, maar ik? Ik was in een trans beland, waarin ik niets meer mee kreeg. Ik bleef tegen mijzelf herhalen dat ik moest blijven lopen en dat de tocht het vast en zeker waard zou zijn. Tijdens het laatste deel van de tocht was het niet meer echt wandelen, maar klimmen. We trokken ons aan stenen omhoog en kropen onder grote omgevallen bomen door. Toen we na 3,5 uur weer een pauze namen had ik het zin er eigenlijk wel af. Op dat soort momenten vraag ik mijzelf altijd af wat ook al weer de drijfveer was voor de activiteit en wat ik er eigenlijk voor een plezier aan beleef. Bang voor het antwoord, maar toch te nieuwsgierig vroeg ik aan Alberto hoe lang het nog duurde tot te top. Hij lachte en haalde zijn schouders op. "Nog een klein uurtje? Zoiets".  Ik glimlachte vriendelijk en bleef even stil.

We vervolgden onze weg naar boven. Een uurtje nog maar, dat kon ik nog wel handelen.  We zongen, maakten grapjes met Alberto en voordat we het wisten waren we boven aan de vulkaan. Op het eerste moment leek de bewolking niet weg te trekken, maar met een beetje geduld verscheen het prachtige uitzicht op het kratermeer en de duizenden broccolistronkjes. Daar zaten we dan met zijn drietjes boven op de vulkaan van het uitzicht te genieten, in totale stilte. Het uitzicht was de tocht zeker waard en toen we uitkeken op het kratermeer was ik de tocht naar boven al lang weer vergeten.

Naar beneden ging sneller.  Niet alleen omdat het minder zwaar was, maar ook omdat ik soms meters oversloeg. Mijn nieuwe Nike's hadden een gladde zool die, door de regen van de vorige nacht, vergelijkbaar waren met ski's. Meters gleed ik soms naar beneden, totdat ik weer gestopt werd door één of andere boomstronk. Bij iedere gil keek Alberto bezorgd achterom, maar wanneer ik moest lachen, lachte ook hij met mij mee. De tocht naar beneden duurde 3,5 uur en toen we om 15.00 uur weer arriveerde bij ons hostel waren we zo blij als een kind. Totaal besmeurd met modder en met een hele droge keel dronken we een heerlijke passievruchten juice. Wat kan de waarde van sommige dingen ineens sterk toenemen, wanneer je er zo naar verlangt hebt... Een frisse juice, een koude douche en schone kleren. Wat waren wij dankbaar op dat moment."



Woensdag 16 mei 2018

"Met lichte spierpijn strompelden we 's ochtends uit bed. Blij verrast dat we überhaupt nog konden lopen en dat de spierpijn eigenlijk wel mee viel. Onze benen waren lichtelijk vermoeid, maar onze armen daarentegen, konden nog wel wat actie gebruiken. Drie uur kajakken leek ons daarom wel een goed idee. Met onze gehuurde scooter tuften we het eiland over. Het blijft onze favoriet; een scooter huren op vakantie!

De kayaktour was fantastisch. Misschien wel het mooiste van onze hele vakantie. Eerst een kwartiertje met de stroming mee over een meer met uitzicht op de twee vulkanen. Wat een magisch eiland is Ometepe. Daarna kajakten we de mangrove in. De rust, de stilte en de prachtige natuur waren overweldigd. We zeiden niets en genoten alleen. Drie uur lang vaarden we op een rustig tempo door de mooie rivier, zagen we de mooiste vogels en zagen we als klap op de vuurpijl de kaaiman waar we eigenlijk voor kwamen.  De plek was magisch en zo bijzonder. Te mooi om goed vast te leggen op een foto..

Rond de middag waren we nog steeds een beetje beduusd van de overweldigde natuur die Nicaragua te bieden had en reden we op onze scooter richting Ojo de Agua. Een kraakheldere warmwaterbron waar ontspannen vanzelf ging. De hele middag relaxten we hier, aangezien onze benen en armen nu wel wat rust verdiend hadden. 

Tegen de avond reden we op de scooter over het midden van het eiland. We begaven ons op Ometepe in een bubbel en waren de onrust die  in het land heerste al vergeten. Totdat we weer met onze neus op de feiten werden gedrukt. Een roadblock, die het belangrijkste kruispunt op het eiland blokkeerde. Passeren was onmogelijk, dus zat er niets anders op dan geduldig te wachten. En mensen die mij een beetje kennen weten dat dat niet mijn sterkste punt is... Onbegrijpelijk dat er een groepje bevolking bepaalt voor het andere deel van de bevolking dat ze maar moeten wachten. Ik vraag mijzelf af of president Ortega er echt last van heeft gehad, dat wij die avond drie kwartier moesten wachten totdat we onze weg weer konden vervolgen. Ik betwijfel het.."



Donderdag 17 mei 2018

"Ometepe heeft ons betoverd. Het eiland is magisch, écht prachtig! De vulkanen die nooit uit je gezichtsveld verdwijnen, stralen een onsterfelijkheid uit. Terwijl ze slapen, weet je nooit wanneer ze wakker worden. Ze laten je klein voelen. 

We hebben genoten om Ometepe, maar er stond ons een nieuw avontuur te wachten. Iedere dag hielden we de berichtgeving rondom de onrust in de gaten. De onrust was op het vaste land  niet minder geworden en dus leek het ons verstandiger om vroeg te reizen en mogelijk de roadblocks voor te zijn. 

Zo gezegd, zo gedaan. Klokslag 4.00 uur ging de wekker en stonden we naast ons bed. Hector had voor ons geregeld dat een taxichauffeur ons richting de haven zou brengen, waar we om 5.30 uur de boot richting Rivas konden nemen. De rit van Rivas naar Léon zou ongeveer vier uur duren en we zouden alle grote steden in Nicaragua passeren. Grote steden betekenende veel onrust, dus de vraag was of we Léon wel zouden halen. In Rivas was het zelfs lastig een taxichauffeur te kunnen vinden die ons naar de hoofdstad wilde rijden. Waarschijnlijk omdat ze zich allemaal beseften dat de roadblocks de tocht niet makkelijk zouden maken.  Maar gelukkig wil er altijd wel iemand geld verdienen en vonden we al snel een jongeman die ons richting Managua reed. Onderweg zagen we de sporen van de protesten. Zwarte roetvlekken op straat, als gevolg van het in brand steken van autobanden of soms gehele auto's, glasscherven verspreid over de hele weg, straten die totaal leeg gehaald waren en waarvan de stenen nu dienden als wegversperring.. Op sommige momenten leek het wel een oorlogsgebied. De tocht verliep goed, al zaten we niet echt ontspannen. Toen we een wegversperring naderden en de taxi voor ons werd belaagd door een groep van twintig mannen met doeken voor hun mond, kreeg ik het toch wel even benauwd. Gelukkig mochten wij doorrijden en ontsnapten we de dans. 

Maar in Managua belanden ook wij in een situatie die vooral mij beangstigde. We stapten uit de taxi, waarna een groep van 6 taxichauffeurs ons bestormden. Ze vroegen waar we heen moesten en er begon een heuse veiling  voor onze neus. De één wilde het nog goedkoper doen dan de andere en ze werden onderling zelfs een beetje agressief. We liepen mee met de man die ons als eerste benaderde en legden onze tassen achterin zijn auto. De andere taxichauffeurs waren het er niet mee eens en zorgden ervoor dat onze taxi niet kon rijden. Door een andere taxi pontificaal voor die van ons te parkeren blokkeerden ze de weg, waarna ze naar de andere kant van de straat liepen. Daar zaten we dan. Hier hadden we echt totaaal geen zin in. De taxichauffeur vloekte en schold en manoeuvreerde met een achteruitrijactie de taxi langs de geparkeerde. Maar niet zonder die taxi nog een klein tikje te geven. De sfeer werd er niet beter op en we voelden het temperament door de straten gieren. Mijn hart klopte in mijn keel en ik vond het alles behalve leuk. Toen een man door het raam van onze taxi iets riep, gooide hij blijkbaar olie op het vuur. Onze taxichauffeur stapte uit en schopte de man in zijn rug. Die als tegenactie een metalen staaf uit zijn auto tevoorschijn toverde. We zaten eerste rang bij een Spaans stierengevecht en de hele omgeving was rood.  Onze taxichauffeur pakten uit onze taxi net zo'n staaf tevoorschijn waarmee hij dreigend op de andere man afstormde. Ik zag het al gebeuren. Getuige van een grote vechtpartij en wij, wij zaten er met onze taxi middenin. Niet bepaald het vakantiegevoel waar we naar op zoek waren. Sander probeerde de man nog wat te kalmeren en verzocht hem vriendelijk doch dringend te gaan rijden en de onrust te laten voor wat het was. Wat was ik blij dat we daar weg waren en dat we veilig bij onze volgende bushalte uitkwamen, waar de bus vertrok die ons naar Léon bracht."